Afvalzuiveringswater als alternatieve bronnen
Waarom?
Irrigatiewater is doorgaans afkomstig van regenwater of grondwater. Deze voldoen meestal aan de waterkwaliteit vereisten om te beregenen. Soms zijn deze waterbronnen niet (voldoende) ter beschikking om de waterbehoefte in te vullen. Door het toepassen van zuiveringstechnieken kunnen bepaalde waterstromen opgewaardeerd worden tot ze van voldoende kwaliteit zijn voor beregening. Het hergebruik van gezuiverd huishoudelijk afvalwater kan in dat geval een interessant alternatief bieden. In het zuiden van Europa wordt deze waterbron reeds op grote schaal toegepast. Ook Europa stimuleert het circulair gebruik van (water)bronnen. Onlangs werd er een Europese regelgeving specifiek rond het hergebruik van gezuiverd voor de landbouw goedgekeurd. Die treedt vanaf 23 juni 2023 invoegen in de lidstaten. In Vlaanderen zijn er de laatste jaren verschillende onderzoeksprojecten opgestart die inzichten hebben verworven in de haalbaarheid voor het toepassen van deze waterbron.
In overleg met de Vlaamse overheid zal Aquafin vanaf 10 juni 2022 geen gezuiverd afvalwater meer ter beschikking stellen voor landbouwirrigatie, openbaar groen en sportterreinen. Experten oordelen dat met de huidige inzichten geen garantie kan worden gegeven over het optreden van milieurisico’s bij deze toepassingen. Bovendien is het inzetten van effluent zonder verdere behandeling voor land- en tuinbouw in tegenspraak met een recente EU-verordening waardoor dit vanaf 2023 niet meer mogelijk is.
Wat
Hoe
Kostprijs
Winst
Opgelet
Omschrijving & visualisatie van techniek
Rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) zuiveren het huishoudelijk afvalwater volgens de VLAREM-normen zodat het water mag worden geloosd in de waterloop. In Vlaanderen zijn ze allemaal in beheer van Aquafin. Deze praktijk gaat over het gebruiken van het gezuiverd afvalwater voor irrigatie. Een extra zuivering is wel noodzakelijk.
Aanleg (materialen, technische fiche / doorsneden)
Op https://waterradar.be/ kan je het dichtstbijzijnde RWZI in de buurt van je perceel terugvinden.
Distributie: In het verleden was het toegestaan voor landbouwers om water af te halen aan bepaalde RWZI stations. Deze ad-hoc afhalingen gebeurden dan via wegtransport in periode van droogte. Met de nieuwe wetgeving rond het gebruik van gezuiverd afvalwater in de aanmaak, is het duidelijk dat een extra zuivering noodzakelijk is voor het gebruik voor irrigatie van gewassen. Door de dure wegtransporten, lijkt op sommige locaties het uitwerken van een irrigatienetwerk rond het RWZI station daarom een interessante optie. Op die manier kan op een structurele manier gebruik gemaakt worden van het gezuiverd afvalwater.
Zuivering: Desinfectie van het water is noodzakelijk om de microbiële waterkwaliteit te garanderen volgens de nieuwe Europese. De normen voor E. coli zijn onderverdeeld in 4 klassen, afhankelijk van het soort gewas en de gebruikte irrigatietechniek. Naast het behalen van de Europese standaarden, geldt er ook de uitwerking van een risico analyse. De VMM werkt de inhoud van de risicoanalyse uit voor Vlaanderen. Deze zal vanaf juni 2023 van kracht zijn. Momenteel is het nog onduidelijk wat deze risicoanalyse inhoudt, mogelijks zal het omvatten om extra componenten te monitoren en zuiveren.
Beheer
Een coöperatieve samenwerking lijkt noodzakelijk met het oog op het uitwerken van een vergoeding die een kostendekkende waterafname mogelijk moet maken. Die vergoeding garandeert een adequate waterverdeling onder de vennoten, het onderhoud en de instandhouding van het netwerk en benodigde ad hoc diensten door derden. Voorbeelden van dergelijke samenwerkingen voor het gebruik van gezuiverd afvalwater bestaan niet in Vlaanderen. Wel kan er inspiratie opgedaan worden uit andere Europese initiatieven, of irrigatiecoöperatieven zoals Inero of CIRO.
Richtprijzen aanleg en andere kosten
De verschillende kostenposten zijn:
- Kost voor een bijkomende zuivering: Dit bestaat uit een investeringskost en een operationele kost.
- Kost voor het transportnetwerk: Dit bestaat voornamelijk uit een investeringskost en in mindere mate uit een operationele kost.
- Kost voor vergunningen en monitoring: Dit bestaat uit een studiekost aan het begin van het project en een operationele kost.
De totale kosten zijn natuurlijk erg afhankelijk van de schaal van het project
De sterke afhankelijkheid van projectomvang en effectief watergebruik maken het moeilijk om een generieke schatting te geven van de kostprijs. Daarom berekenen we de kostprijs op basis van een referentiesituatie, om de verschillende kostenposten met elkaar te kunnen vergelijken.
Als referentiesituatie wordt hier uitgegaan van een verbruik van 25m³/u, gedurende 3 maanden en 10 uur per dag. Als kwaliteitsklasse wordt gestreefd naar klasse C, beschreven in de Europese verordening 2020/741. In deze situatie is het jaarverbruik 22.500m³ . Voor een studiegebied dat 16 hectare waterintensieve teelten bedient, betekent dit een waterbehoefte van 1400 m³/ha. Investeringskosten van het leidingnetwerk worden afgeschreven over 30 jaar, de overige investeringskosten over 10 jaar, rekening houdende met het onzekere karakter van klimaatverandering. In de referentiesituatie wordt er uitgegaan van een leidingnetwerk van 2 km, met aftakpunten om de 250m.
Rekening houdende met alle bovenstaande kosten is de bruto prijs voor water in de gekozen referentiesituatie ongeveer 0,90 – 2,00 €/m³ , zonder rekening te houden met kosten voor de vergunning of risicoanalyse. Deze kost kan voor de referentiesituatie nog dalen door bijvoorbeeld:
- Gedeeltelijke subsidiëring
- Goedkopere investering van het leidingnetwerk (bijvoorbeeld door participatie van de landbouwer in de aanleg)
- Afschrijving over een langere periode dan 10 jaar o.w.v. een lokale, meer zekere situatie.
- …
Afhankelijk van het gevraagde detail van de risicoanalyse en de verplichtingen opgelegd in de vergunning en risicoanalyse kan deze kost stijgen met 0,65 €/m³. Het is daarom aangeraden om op dit moment als richtprijs uit te gaan van 1,50 – 2,70 €/m³ . Deze kost is erg onzeker aangezien het een eerste inschatting is terwijl het kader voor de risicoanalyse nog niet duidelijk is. Het is duidelijk dat een dergelijk waterhergebruikproject moeilijk kan worden gerealiseerd zonder financiële steun. Als het effectief verbruik lager is dan vooropgesteld dan zal deze kost aanzienlijk stijgen. Als het effectief verbruik hoger is dan vooropgesteld dan zal deze kost dalen. Hetzelfde geldt voor de projectomvang (gedimensioneerd verbruik en reikwijdte). De evolutie van de prijs t.o.v. de projectomvang of het effectief verbruik heeft een exponentiële vorm.
Meer details over de econische doorrekening kan u hier terugvinden.
Relevante subsidiekanalen
In 2021 waren er reeds projectoproepen vanuit Departement Landbouw & Visserij de VMM die investeringsprojecten rond het hergebruik van effluent in de landbouw ondersteunen. Het is onduidelijk in welke mate deze nog zullen gefinancierd worden met de vernieuwde wetgeving in aantocht.
Ecologische winst
Minder gebruik van grondwater voor irrigatie toepassingen, hergebruik van zoetwaterbron.
Relevante wetgeving, vergunningen
Aquafin stelt sinds 2017 gezuiverd afvalwater van RWZI’s onder voorwaarden ter beschikking voor irrigatie. OVAM, VMM en VLM oordelen over de toekenning van deze grondstoffenverklaring op basis van een risicoanalyse. Tegen ten laatste juni 2023 moet het gebruik van dit afvalwater ook in lijn zijn met de recent goedgekeurde Europese verordening over de minimumeisen voor hergebruik van water. Daarnaast moet de kwaliteit van het irrigatiewater uiteraard in overeenstemming zijn met de lastenboeken, zoals opgesteld in Vegaplan.
In overleg met de Vlaamse overheid zal Aquafin vanaf 10 juni 2022 geen gezuiverd afvalwater meer ter beschikking stellen voor landbouwirrigatie, openbaar groen en sportterreinen. Experten oordelen dat met de huidige inzichten geen garantie kan worden gegeven over het optreden van milieurisico’s bij deze toepassingen. Bovendien is het inzetten van effluent zonder verdere behandeling voor land- en tuinbouw in tegenspraak met een recente EU-verordening waardoor dit vanaf 2023 niet meer mogelijk is.
Onze partners



